Na een voetbalcarrière die Ronnie Wesselink (54) leidde langs alle seniorenelftallen van SV Halle sloot hij zijn voetballende loopbaan af bij de veteranen van ZSV Zelos. Arend Horstman attendeerde Ronnie erop dat de veteranen nog spelers zochten, waarop Ronnie besloot in zijn nadagen nog een transfer te maken. Bij Zelos voetbalde hij zijn laatste jaren totdat het niet langer meer ging vanwege knieklachten. Hierop nam hij de scheidsrechtersfluit ter hand om zo toch betrokken te blijven bij het mooie spelletje voetbal. In gesprek met vrijwilliger Ronnie Wesselink.
Ronnie groeide op in het hart van Halle, dat toentertijd nog bestond uit slechts drie straten. Hij kreeg les op de dorpsschool en ging voetballen bij de plaatselijke SV Halle. Bij Halle doorliep hij alle elftallen van de D´tjes tot en met het 1e elftal, om later weer af te bouwen naar het 3e, 4e en tot slot het 5e elftal. In de B- en A-jeugd was hij keeper, maar na schouderklachten ging hij voetballen. En zoals het veel ouder wordende spitsen vergaat zakte hij van de spitspositie af naar de positie van laatste man. Met een portie hard werken kon hij altijd nog meekomen.
We hebben het nu al snel weer over voetbal, maar hoe ziet je privéleven eruit? Werk, andere hobby’s, wat houdt je bezig?
“Ik woon samen met mijn vrouw Annelies, zoon Bjorn die in het 1e speelt en zoon Rik. Hij speelt korfbal bij SEV. Annelies is een fanatiek sporter, zo doet ze aan wandelen en hardlopen. Ook loopt zij marathons én tussendoor doet ze nog aan mountainbiken en wielrennen. Dat zijn sporten waar ik niet aan begin.
In het dagelijks leven werk ik bij Maco Beschläger in Zelhem. Maco is wereldleider in de ontwikkeling en productie van beslag bestemd voor houten en kunststof kozijnsystemen waaronder draaikiep- en hefschuifbeslag. Hier werk ik in de logistiek als orderpicker en organiseer ik een gedeelte van de planning. Er werken 23 mensen waarvan vier op de afdeling logistiek. We zitten aan de Stikkenweg en velen kennen ons van de tent die er enkele jaren geleden stond. Dat was in de tijd dat we in afwachting waren van uitbreiding.
Naast voetbal zijn toneel en wandelen hobby’s. Met Annelies en een ander stel gaan we op wandelvakanties in het buitenland, van Ierland tot aan Sardinië. We hebben een koffer bij ons die we afzetten bij het hotel en lopen dan naar de volgende locatie terwijl het hotel regelt dat de koffer op de volgende bestemming aankomt.
In Halle-Heide heb ik jaren toneel gespeeld, maar die vereniging is gestopt. Toen werd ik benaderd door toneelvereniging HTV in Hengelo. We oefenen één keer per week in Hengelo en hebben drie uitvoeringen per jaar. Vanaf het najaar oefenen we en de uitvoering vindt plaats bij Ons Huis in Hengelo. Het toneelspel is een fijne uitlaatklep en je vergeet even alles. Bij de toneelvereniging in Halle-Heide heb ik nog even kort in het bestuur gezeten, maar dat is niks voor mij. Ik heb respect voor de mensen die in het bestuur zitten van een vereniging, want dat moet je echt wel liggen. Laat mij maar lekker het uitvoerende werk doen.”
Ronnie, hoe ben je terecht gekomen bij toen nog ZSV Zelos?
“Op mijn 23ste ben ik al verhuisd naar Zelhem en ging ik met de fiets naar Halle. Op een gegeven moment stopte een groot gedeelte van mijn team en vond ik het ook wel mooi geweest. Toen benaderde Arend mij en gaf aan dat ze bij de veteranen nog spelers konden gebruiken. Daar heb ik nog drie seizoenen gespeeld en toen ging het niet meer. Tot aan mijn 46ste heb ik kunnen voetballen, een mooie leeftijd. Daarna kwam de vraag ‘en wat nu?’. Het spreekwoordelijke zwarte gat omdat je weekendinvulling opeens wegvalt.
Mijn zoon Bjorn voetbalde toen al bij Zelos en Adrie Peppelman was zijn leider. Adrie vroeg aan mij of ik een keertje wilde fluiten. Na de eerste keer stond Tom Vermeulen, de toenmalig scheidsrechterscoördinator, al op de stoep of ik vaker wilde fluiten. Dit wilde ik best vaker doen, maar wel op mijn manier. Dat is lekker mij m’n eigen gang laten gaan, zodoende ben ik erin gerold. Het begon met het fluiten van de D’tjes en nu fluit ik de senioren en de dames. Tussentijds ben ik nog scheidsrechterscoördinator geweest met Tom, deze rol vervullen nu Han Berendsen en Ton le Noble.”
Waar haal jij je voldoening uit als vrijwilliger? Het is namelijk voor sportverenigingen en andere vrijwilligersorganisaties een steeds grotere uitdaging om vrijwilligers te vinden.
“Mijn vrijwilligerscarrière begon bij Halle in de A’tjes. We moesten regelmatig helpen en kregen daarvoor in ruil een kratje bier, een goede motivatie. Later ben ik nog leider bij de A-jeugd en grensrechter geweest. Bij Halle fluit ik nog steeds mijn wedstrijden.
Tot vorig seizoen floot ik ook nog bij SC Varsseveld, maar daar ben ik mee gestopt. Het werd me net druk zat. Bij ZZC’20 fluit ik mijn wedstrijden op zowel zaterdag als zondag. Het zit in het ritme om in het weekend bij de voetbalclub te zijn dus dat vind ik ook helemaal niet erg.
Het belangrijkste is dat ik nog mee kan als scheidsrechter en dat ik op de juiste plek sta, zolang dat lukt blijf ik het doen. Het houdt me fit en de gezelligheid na afloop in de kantine vind ik net zo belangrijk. Als de spelers na afloop me ook nog eens een handje geven en zeggen dat ik goed heb gefloten en de wedstrijd goed heb mogen leiden dan geeft mij dat voldoening. Mocht dat niet zo zijn dan hoor ik het ook graag. Als ik een beslissing heb genomen waarvan ik denk: ‘shit dat had ik anders moeten doen’, dan kan ik daar wel even flink van balen, maar als je het eerlijk toegeeft accepteren mensen het ook. Het scheelt dat ik zelf heb gevoetbald, dan begrijp je beter hoe de emoties werken.
Daarnaast heb ik nog eenmalig een bijzondere rol op mij mogen nemen binnen de club, namelijk als (hulp)Sinterklaas bij de Sinterklaasviering van de jeugd. Voor een keer was dit prima. Het balletje kwam aan het rollen omdat ze iemand zochten en bij de intocht van Halle ben ik ook (hulp)Sinterklaas, daarvoor heb ik dertig jaar Zwarte Piet gespeeld. Mooi om te doen voor al die enthousiaste kinderen.”
Hoe kijk jij naar het idee van de KNVB om buitenspel af te schaffen met het idee dat de agressie daarmee minder wordt?
“De eerste wedstrijden van dit seizoen verliepen tot nu toe prima en dat gaat dan over de regel dat alleen aanvoerders mogen praten. (Interview werd gehouden in de loop van seizoen ‘24/’25, red.) We zullen moeten zien hoe het verloopt als het straks om de prijzen gaat. Je merkt op den duur dat het allemaal wat meer naar de achtergrond gaat, je moet het vooraf altijd weer eventjes uitleggen aan de aanvoerders.
Het idee om buitenspel af te schaffen lijkt me niet zo zinvol. Het gaat vooral mis als spelers zelf gaan vlaggen. Zij houden zich te veel bezig met het spelletje en letten daardoor niet goed op. Daarnaast heb je van die grensrechters die vlaggen op appel. Als de laatste man zegt ‘steek die vlag in de lucht’, dan steekt de grensrechter ook de vlag in de lucht. Zo krijg je ook irritatie.”
Toch nog een slotvraag over ZZC’20. Stel er is iets veranderd bij ZZC’20, wat hoop je dan dat het is?
“Dat het voetbalniveau in de gehele lijn iets hoger wordt. De jeugd vind ik qua niveau wat afgedaald en vroeger mocht ik zelfs het 2e niet eens fluiten omdat het op hoog niveau speelde. Dat is nu al even niet meer het geval en ook het 3e en 4e zijn niet meer zo goed als voorheen. Ik zou graag willen dat het niveau weer wat omhoog gaat." De schrijver van dit interview voetbalt zelf in het 3e, dus u mag concluderen dat er geen sprake is van censuur, al ging het opnemen van deze opmerking niet zonder slag of stoot.
Ronnie: “Tot slot hoop ik dat de vereniging nog lang mag blijven bestaan zodat ik een gezellige weekendinvulling heb!”